Balanswijk: comfortabel én energiezuinig wonen
Misschien heb je het wel eens voorbij zien komen: De Balanswijk. Dit programma krijgt – helemaal terecht, vinden wij – best wat aandacht. Lianda Sjerps-Koomen van Alliander legt uit hoe deze baanbrekende oplossing een steentje bijdraagt in het verminderen van het woningtekort. En waarom eigenlijk iedereen in zo’n Balanswijk zou willen wonen.
Lianda’s team houdt zich bezig met zogenaamde ‘visiegedreven innovaties’. “Innovaties die het even helemaal anders doen”, legt ze uit. “Veranderingen die ook helemaal kunnen mislukken. Maar als het lukt? Dan hebben we écht een doorbraak.”
De Balanswijk is één van die initiatieven. Een opvallend programma, legt Lianda uit. “Het biedt oplossingen voor de korte én de lange termijn. Want een wijk die zo min mogelijk gebruik hoeft te maken van het elektriciteitsnet? Dát is ideaal voor de netbeheerder van de toekomst. Maar met de huidige congestie hebben we er ook vandaag al wat aan.”
Bouwen aan een community
De Balanswijk zou wel eens een heel belangrijke rol kunnen spelen in het oplossen van het woningtekort. “Op dit moment kunnen er niet genoeg nieuwe wijken gebouwd worden. Want het net heeft geen ruimte meer voor nieuwe aansluitingen. Als we nieuwe wijken net wat anders zouden ontwerpen, met balans in vraag en aanbod van duurzame elektriciteit, dan kan het waarschijnlijk wél.”
Niet zo gek dus, dat Alliander druk bezig is om allerlei partners bij elkaar te brengen voor het ontwikkelen van dit soort wijken. “Zelf bouwen we geen huizen. Maar we kunnen wel bouwen aan onze community met gemeenten en bouwpartners. Samen onderzoeken we hoe we zulke wijken kunnen bouwen. Want we weten dat het anders kan.”
Rekenen en tekenen
Waar staat het project nu? “Een eerste ontwerp, een ‘praatplaat’ is er. Stedenbouwkundigen en energiespecialisten hebben we samen laten rekenen en tekenen. Dan blijkt dat energie niet in de gebiedsontwikkelingsmodellen zit, laat staan vermogen. Dus dat veranderen we nu. We hebben ook ontwerpprincipes gemaakt. Hoe moet zo’n nieuwe wijk eruitzien? En hoe zorgen we dat die wijk energiezuinig is en ook een fijne plek om te wonen? Je kunt zo’n wijk niet volleggen met accu’s of windturbines.”
Hoe ziet zo’n wijk er dan wél uit? Lianda: “Natuurlijk speelt zonne-energie een grote rol. Maar je moet ook ’s nachts en in de winter energie opwekken. Een windturbine zet je niet in het centrum van zo’n wijk, maar kan misschien wel aan de zijkant. Elektrische auto’s zijn belangrijk, maar voor leefbaarheid, gezondheid én energie is het nóg belangrijker om een wijk te ontwerpen waar mensen de auto helemaal niet hoeven te gebruiken. Waar alles op loop- of fietsafstand is. Om alles in de wijk te laten passen, combineren en integreren we. Energie van eigen oogst: in, op en onder gebouwen en groen.”
Ook het ontwerp van de woningen zelf is belangrijk. Vooral de elektriciteitsvraag in het winterseizoen is bepalend. “Hoe beter geïsoleerd, hoe minder je hoeft te verwarmen of koelen. En hoe slimmer de toepassing van daglicht, schaduw en ventilatie, hoe fijner het wonen is”, legt Lianda uit. “Natuurlijk is lokale opslag ook belangrijk en hoe je het regelt.”
Comfortabel wonen
Het mooie aan al die oplossingen? Lianda: “Ze creëren niet alleen meer ruimte op het net, het zorgt er ook voor dat mensen er fijn wonen, ook balans vinden op ander gebied. We kijken vanuit geluk. En dat krijgen we ook terug in reacties. Want we willen allemaal behaaglijk en gezond wonen, en niet te lang onderweg zijn voor bijvoorbeeld groen, zorg, werk, opvang of school.”
De eerste voorbeelden op weg naar Balanswijken zijn er. Bijvoorbeeld in Friesland. En de ontwerpoplossingen kunnen al toegepast worden in wijken die nu gebouwd worden en zelfs in bestaande wijken. Daarin lukt niet alles meer, maar alle beetjes helpen. “Want we willen niet wachten tot die eerste wijken helemaal gebouwd zijn. We moeten dóór. Zodat we zo snel mogelijk ruimte op het net creëren en zo samen het energiesysteem betaalbaar houden. Of zo’n complete wijk straks uiteindelijk helemaal 0 op de meter heeft? We zien dat er nog voordelen te halen zijn in integraler kijken, ook naar geld. Dus we blijven streven naar de goede balans."